dinsdag 18 september 2018

She too

Als de zon even doorbreekt, vliegen er altijd wel een paar icarusblauwtjes in het bloemenweitje. Deze
zomer is het, ondanks de droogte, heel goed gegaan met de icarusblauwtjes in mijn tuin. Of moet ik
zeggen: is het heel goed gegaan met de rolklaver in mijn tuin? Door de droogte waren er maar weinig
bloemen in de bloemenwei, maar drie rolklaverplanten hebben de hele zomer tussen het dorre gras staan
bloeien. Verder was er één origanum die net ietsje schaduw kreeg en het daardoor ondanks de droogte
wist uit te houden. Op die ene origanum zaten de icarusblauwtjes vaak nectar te drinken.
Ik heb wel bewondering gekregen voor deze kleine, taaie vlindertjes. Een paar nectar- en waardplanten,
meer lijken ze niet nodig te hebben. Er vlogen steeds tussen de twee en zes icarusblauwtjes in mijn tuin.
De mannetjes hebben een territorium. Vliegt er een vlinder langs, wit, blauw of met spikkels, dat maakt
niet uit, dan zet de territorium-houder de achtervolging in. Het is een soort luchtgevecht, maar even
sierlijk en synchroon als paardansen.
Vandaag zit ik met een glas thee even in het zonnetje. Maar lang kan die rust nooit duren, want hup, daar
fladdert een icarusblauwtje, en al gauw hol ik naar binnen om mijn camera te pakken. De hemelsblauwe
mannetjes stelen als altijd de show. Ik maak een heleboel foto’s en ga verder met mijn inmiddels koud
geworden thee. Naast me landt een vrouwtje op een uitgebloeide bloemstengel. Ze heeft de kleur van een
verschoten tent en bij nader inzien vind ik dat nog mooier dan het opzichtige blauw van de mannetjes.
Klik-klik-klik zegt de camera en ik amuseer me prima. Af en toe blaast de wind tegen haar vleugels en
kiept ze opzij. Dan veert ze weer op, spreidt opnieuw haar vleugeltjes om te zonnen. Mannetjes die
avances maken weert ze met een kregel flapperen met de vleugels af.






Na een poosje gaat ze verzitten met de kop naar beneden, vleugels gesloten. Het lijkt alsof ze besloten
heeft dat de dag ten einde is. Daar zit ze roerloos en ik maak opnieuw thee voor mezelf.



Opeens landt een mannetje bovenop haar. Wat gefladder van vier vleugeltjes. Ik schiet weer uit de
luie stoel. Een kleine schermutseling. Zij heeft er geen zin in. Hij geeft het uiteindelijk op en vliegt naar
een bloem om zich te bedrinken. Ik gooi de koude thee in het gras.










September 2018